Dat Smaakt naar meer(val)

Geschreven door Marcel de Ruyter


Het was weer zover. Onze jaarlijkse uitje in september in de vorm van een weekendje Waal met enkele fanatieke roofvissers stond weer voor de deur. Ik kijk hier iedere keer erg naar uit, want de Waal is wel één van mijn meest favoriete wateren van Nederland. Het is en blijft een magisch en mysterieus water en je weet nooit wat dit water je geeft (het neemt ook veel in ieder geval..ha ha). Het moet wel heel gek lopen mocht je geen visje vangen en meestal weten wij onze weg hier wel te vinden. Toch was dit wel één van de moeilijkste weekenden in jaren die wij ervaren hebben. Enkele weken geleden stonden wij nog moeiteloos tientallen snoekbaarzen en roofbleien te vangen en nu leek de rivier wel leeg. En je zou denken dat de fishfinder liegt, maar dat was toch echt niet het geval. Ondiep water en veranderlijke windomstandigheden zoals Noordoosten wind zal hier een bijdrage aan hebben gegeven. Maar wat het ook is, ze waren maar moeilijk te vinden. Op de zaterdag vingen wij na uren geconcentreerd vissen gelukkig nog een verdwaalde snoekbaars en roofblei en de andere jongens hadden ook niet veel beter gepresteerd. En wat wij ook probeerden qua technieken, niets bleek te werken. Ook kregen wij nog waterpolitie controle, wat natuurlijk een goede zaak is.

Gelukkig vingen we hier en daar nog wel een visje, zoals Bert met deze schitterende rivierbaars


Op de zondag besluiten wij maar te beginnen met trollen om veel water te dekken, maar op enkele mooie baarzen na levert dit weinig op. Tot wij een krib vak treffen waar wij zowaar toch echt wel vissignalen lijken te zien. Even snel met een shadje erboven hangen bevestigd dat het vis is, want binnen no-time vangen we een paar mooie snoekbaarzen en baarzen. Wanneer het stilt valt in het putje en wij af driften naar het midden van het krib vak geeft Bert mij aan dat hij een schooltje vis op de side-scan lijkt te zien tegen het ondiepe aan net bij de drop-of. Ik werp mijn shadje naar ca. 1,5 meter water met het idee terug te vissen naar ca. 4 meter en tik mijn shadje een keer of twee op en krijg direct een mooie aanbeet. Ik zet de haak en direct wordt mijn Okuma Epixor 3000 aan het werk gezet.


Een run van zeker 25 meter naar rechts het krib vak in is het antwoord wat ik terug krijg na het zetten van de haak. Omdat de vis niet afremt besluiten wij de vis achterna te gaan met de boot en al snel hangen wij er weer boven. Bert roept al snel dat het een dikke meerval is. Op dat moment heb ik nog zoiets van het kan alles zijn, maar wanneer ik na een tijdje het lompe gewicht voelt om mijn veel te lichte hengel denk ik toch wel dat hij gelijk heeft. De vis zoekt de stroming op en blijft zo nu en dan gewoon lomp liggen. Ook zie ik na een tijdje een paar keer een staart bovenkomen die verdacht veel lijkt op een meerval en wanneer ik geregeld luchtbellen naar boven zie komen ben ik 100% overtuigd. Hoe makkelijk de vis eerst nog meekomt, hoe zwaarder het daarna wordt. Na ca. 15 minuten lijkt het gevecht dan pas echt te gaan beginnen. De vis trekt ons in het krib vak meerdere malen naar het ondiepe en dan weer naar het diepe en trekt ons zelfs op een gegeven moment een krib vak verder door de volle stroming te pakken. Mijn hengeltje met een max werpgewicht van ca. 25 gram staat als een hoepel zo rond en ik heb niets in te brengen tegen de vis. Wanneer wij na ca. 30 minuten de vis voor de eerste keer pas echt zien, merken wij op dat de haak niet goed zit en de lijn verdraaid zit en dat de vis daarom dus teveel speling heeft en daardoor iedere keer weer de bodem opzoekt. Ook zien wij dan voor het eerst de daadwerkelijke omvang van de vis. Dit moet een vis zijn van boven de 1.80 cm. Op een gegeven moment komt Bert met het idee de vis naar een zandbank te dirigeren om de vis zo min mogelijk vluchtruimte te geven, want deze vis drillen in de stroom gaat gewoon niet lukken. Tot twee keer aan toe weten wij de vis naar een zandbankje te krijgen, maar iedere keer als wij een poging doen de vis te landen of wanneer de vis ons zag ging deze er weer als een speer vandoor. Bij een derde poging, en dan staat de klok zeker al op 50 minuten drillen, besluit ik mijn schoenen en sokken uit te trekken en uit de boot te stappen en de dril op het ondiepe voort te zetten vanaf de kant.

Een enerverende dril gaat voort vanaf de kant


Een langsvarende binnenvaartschip maakt het nog even spannend door alle water voor mij weg te zuigen en de meerval maakt daar dankbaar gebruik van. Maar op een gegeven moment ben ik ruim een uur aan het drillen en ben ik er klaar mee. Het wordt buigen of barsten. Ik draai de slip dicht en begin op het strandje naar achteren te lopen, zowaar voel ik dat vis mee komt. De golven die ik van het reeds passerende schip nog ontvang komen als een gift uit de hemel, want de vis wordt min of meer door de golven mijn kant op gespoeld. Het lijkt wel strandvissen in het buitenland. Wanneer de vis dan met zijn buik voor mij ligt op de zandbank en mij woest aan kijkt zie ik een mede sportvisser, die vanaf de na gelegen krib stond te vissen, haastig mijn kant op komt lopen. Bert zit nog in de boot en dus is alle hulp zeker bruikbaar. Wanneer de beste man naast mij staat, blijkt dat hij een landingshandschoen heeft meegenomen en hij begint al zijn schoenen uit te trekken wanneer hij naast mij staat. Ik stel voor dat hij de hengel vasthoudt en dat ik het water inloop aangezien ik toch al zeiknat ben. Ik neem mijn Savage Gear foldingsnet mee het water in voor de formaliteit, want deze is veel te klein voor een vis van deze omvang, maar ik wil eerst de vis daarmee een stukje veilig stellen om vervolgens met de handschoen de vis te kunnen pakken. En zowaar, het lukt! Ik pak de vis bij de bek uit het net en trek haar stukje bij beetje het strand op. En daar ligt ze dan in ene in volle glorie, een enorme vis met tevens een enorme omvang. Ik ben werkelijk afgepeigerd en sta te trillen op mijn benen.

Afgepeigerd en trillend trek ik mijn jas en vest uit, want het zweet staat op mijn rug


Bert heeft inmiddels de boot tegen de kant neergelegd van de krib aangelegd en komt ook aangelopen richting het strandje. De mede sportvisser vanaf de kant rent nog even terug naar zijn vis plek om een rolmaat te halen en in de tussentijd maakt hij ook nog de nodige filmpjes en foto’s. Al onze materiaal lag nog in de boot. Op dit soort momenten zie je hoe sportvissen mensen verbroederd, want zo’n moment delen met anderen is natuurlijk schitterend. Wanneer wij de vis dan gezamenlijk meten blijkt zij 1.85 cm te zijn en ruim 50 kilo. Bert en ik tillen de vis op voor de foto, want zo’n vis vang je natuurlijk samen. Zonder de stuurkunsten van Bert was het onmogelijk geweest om een vis van deze omvang op zo’n lichte hengel te drillen. Ook besef je bij dit soort situaties dat je niet blindelings zomaar ergens op kan vertrouwen, je moet goed communiceren, georganiseerd zijn, je materiaal moet in orde zijn en elkaar helpen daar waar nodig. Ook is kennis van een zwaar stromende rivier als de Waal van groot belang. Bert anticipeerde iedere keer weer voortijdig op elke situatie en daardoor werd de dril vergemakkelijkt.

Mijn Nederlandse PR van 1.85 cm en ruim 50 kilo


Bert en ik hadden zelfs meerval materiaal en dauwpieren meegenomen om een poging te wagen wanneer wij een goed signaal zouden zien, maar dat was bij deze niet meer nodig. Sterker nog, we waren helemaal leeg na dit verhaal en het was inmiddels al bijna 16:00 uur en dus stopten we er gelijk maar mee. Ongelofelijk overigens hoe sterk materiaal vandaag de dag is. Ter info: Ik viste met een medium fast hengeltje van ca. 2.10 mtr en een 3000 molentje gevuld met 150 meter 10/00 Daiwa Tournament. Zelfs het speldje waaraan de loodkop zat bevestigd was nog geheel intact. Bij deze wil ik Filip, de helpende kantvisser (of zal ik zeggen helpende ‘hand’ visser..ha ha), nog bedanken voor zijn support in dit verhaal, want hij gaf direct assistentie met zijn landingshandschoen, het meten en het maken van foto’s. Hierdoor kon de vis snel en correct worden behandeld en weer vlug weer terug en daarbij komt dat dit mooie moment ook nog eens vastgelegd kon worden op de gevoelige plaat samen met mijn vismaat. Enorm bedankt Filip! Wanneer wij terug naar huis rijden na het traileren van de boot, slaat de besef pas echt door wat er is gebeurt.


En wanneer ik ’s avonds op de bank zit trek ik een Bock biertje open om de dag officieel af te sluiten. Wanneer ik een slok neem zie en voel ik de beschadigingen aan mijn hand. Tijdens de handlanding beet de vis toch een beetje dwars door de handschoen heen en de krassen op mijn hand is dus een souvenirtje voor de komende week. Maar wat maakt het uit?

Souvernirtje


Het is nu oktober en we hebben nog wel even als het aankomt op meerval. Zeker als het weer een beetje meespeelt kunnen we er misschien nog wel een keertje gericht op uit, want nu heb ik een PR op te krikken van 1.85 meter naar 2.00 meter..ha ha ha..blijf vissen allemaal !



Slijmerige groeten van, Marcel de Ruyter


Meer zien van de Baitrebels klik hier